Het schouderblad (scapula) is een driehoekig dun bot. Het vormt de verbinding van de bovenarm met de romp. Het schouderblad is aan de romp bevestigd met het sleutelbeen. In de gewrichten tussen het sleutelbeen en het borstbeen en tussen het sleutelbeen en het schouderblad, kan een grote bewegingsuitslag worden gemaakt. Daardoor kan de arm helemaal omhoog worden gebracht langs het hoofd en kan de hand een bijna bolvormige ruimte bereiken wanneer we iets willen pakken.
Om deze bewegingen met kracht te kunnen maken zijn er veel sterke spieren aan het schouderblad bevestigd. Het schouderblad wordt daardoor goed beschermd tegen inwerkende krachten. Daardoor breekt het haast nooit. Schouderblad-breuken beslaan dan ook minder dan 1% van het aantal botbreuken.
Hogesnelheids-ongevallen zoals een motor- of auto-ongeluk of een val van een behoorlijke hoogte kunnen het schouderblad doen breken. Vaak zien we daarbij ook andere grote verwondingen optreden zoals gebroken ribben en schade aan hoofd, longen en de ruggenwervels.
Symptomen
- De arm kan nauwelijks worden bewogen
- Forse pijn bij het passief bewegen van de arm
- Zwelling aan de achterkant (rugzijde) van de schouder
- Soms huidverwondingen
Diagnosestelling
Om u de juiste behandeling te kunnen geven, zal uw arts waarschijnlijk röntgenfoto’s van de schouder en borst maken om de locatie en classificatie van de breuk te bepalen. Soms is er aanvullend beeldonderzoek nodig in de vorm van bijvoorbeeld een CT-scan.
Een of meer delen van het schouderblad kunnen gebroken zijn:
- Het schouderblad zelf (corpus) (50 à 60% van de gevallen)
- Hals van het schouderblad (collum scapulae) (25% van de gevallen)
- Het gewrichtsvlak van schouderblad met de bovenarm (glenoid)
- Het schouderdak (acromion)
- Het ravenbekuitsteeksel (coracoid)
Uw arts zal de positie en vorm van de schouder bekijken en schade aan zacht weefsel (huid, open wonden, spierletsel) behandelen. Belangrijk is ook een nader onderzoek naar zenuwbeschadiging maar dat kan soms wegens andere verwondingen moeilijk zijn.
Niet-operatieve behandeling
Bij de meeste breuken van het schouderblad en met name van het blad zelf, volstaat een eenvoudige mitella. De mitella houdt uw schouder op de juiste plaats terwijl het bot geneest. Dit genezen gaat vaak snel doordat de doorbloeding goed is vanwege de dikke siermantel rondom het schouderblad. In bepaalde gevallen zal uw arts u reeds in de eerste week na het ongeluk lichte bewegingsoefeningen laten doen. Andere fracturen hebben vaak 2 tot 4 weken van fixatie nodig.
Uw schouder kan stijf aanvoelen als uw arts de mitella verwijdert. Na verwijdering moet u direct beginnen met beperkt bewegen. Herhaal strekoefeningen tot u uw schouder weer volledig kunt bewegen. Dit kan soms best lang duren, vaak ook door kapselirritatie van de schouder zelf.
Operatieve behandeling
Operatieve therapie is soms nodig wanneer de botten erg zijn verplaatst of onder een hoek staan.
- Breuken van de kom van het schouderblad waarbij het bot beduidend van de juiste plaats is afgeweken. Deze breuken geven een onregelmatig gewrichtsoppervlak en dus bewegingsbeperking. Een operatie dient om het gewricht te herstellen en in de juiste positie te zetten.
- Breuken van de hals van het schouderblad met ernstige welke in een te grote hoekstand staan
- Breuken van het het schouderdak welke aanleiding geven tot een vernauwing van de bewegingsruimte voor de schouder. Resultaat hiervan zou dan een pijnlijke bewegingsbeperking (impingement syndroom) zijn.
In deze gevallen kan een operatie nodig zijn, waarbij uw arts met metalen platen en schroeven het bot bijeenhoudt.