Polsprothese: kunstgewricht voor de pols

De pols is voor de orthopedisch chirurg een grote uitdaging door de ingewikkeldheid van het gewricht. Een gezonde pols kan een volledige cirkel draaien. Diverse kleine botjes zijn hiervoor nodig die onder andere in de hand zitten.

Het plaatsen van een prothese voor de pols is mede door de complexe structuur nog geen routine-ingreep. Lange tijd was er helemaal geen prothese en werd de pols bij ondraaglijke pijnen vastgezet (gefixeerd) met een plaat of pin. De bewegingsvrijheid van de pols werd daarmee echter drastisch beperkt. De afgelopen dertig jaar zijn er diverse protheses voor de pols op de markt gebracht, maar ze gingen na verloop van tijd los zitten of ze schoten regelmatig uit de kom.

Sinds korte tijd is er een nieuwe prothese. De Universal2 Total Wrist Implant System (UTW). Dit is de nieuwste uitvinding op het pols prothese gebied. Deze nieuwe prothese benadert zo goed als mogelijk het natuurlijk draaipunt in de hand.

Doelgroep

De meeste patiënten die vanwege polsproblemen bij de orthopedisch chirurg komen, zijn gemiddeld ouder dan zestig. Een oude polsbreuk die opspeelt of reuma zorgt dan vaak voor hevige pijn. Mensen met artrose krijgen ook vaak polsklachten.

Voor al deze patiënten kan de polsprothese een oplossing zijn. Wel moet het bot dan nog goed genoeg zijn om vast te groeien aan het gewricht. Ook de stevigheid van de spieren speelt daarbij een rol.

Mogelijkheden/functie na plaatsing

Na plaatsing kan de pols zich nog 35 à 40 graden op en neer bewegen en zo’n 50 graden heen en weer. Dit is ongeveer 1/3e van de normale functie. Dit is voldoende voor de meeste patiënten om iets op te pakken, de deurknop om te draaien en aldus zelfstandig te kunnen wonen.

Röntgenfotoos voor en na plaatsing van het polsgewricht