Kunstknie / Knieprothese (implantaat)

Als u last heeft van een beschadigde over versleten knie, is lopen en lang staan vaak erg pijnlijk. Uw orthopedisch chirurg kan dan een knieprothese (een kunstknie) overwegen en adviseren. De ernst van de slijtage wordt vastgesteld door uitwendig onderzoek en röntgenfoto’s. Ook kan de arts een kijkoperatie uitvoeren in de knie. Als het kniegewricht ernstig beschadigd is, kan er een kunstknie ingezet worden.

Er zijn twee typen kunstknieën: de totale knieprothese (of totale kniearthroplastiek) en de halve knieprothese. De totale knieprothese is ook weer onder te verdelen in tweeën: alleen vervanging van de knieschijf en het gewrichtsvlak in het bovenbeen óf alleen vervanging van de knieschijf en het gewrichtsvlak in het bovenbeen.

Totale knieprothese

De totale knieprothese wordt het meeste gebruikt. Hierbij worden de versleten gewrichtsvlakken afgezaagd en ter hoogte van het bovenbeen vervangen door een metalen gedeelte en ter hoogte van het scheenbeen door een hard plastic gedeelte welke met een metalen steel in het scheenbeen wordt vastgezet. Het geheel noemt men een totale knieartroplastiek of totale knieprothese.

Halve knieprothese

Is er alleen sprake van slijtage aan de binnenkant of aan de buitenkant van de knie dan kan er een halve kunstknie worden geplaatst. Alleen de binnen- of buitenzijde van de knie wordt dan vervangen door metalen en plastic gedeelten.

De beide onderdelen van een knieprothese kunnen met cement worden vastgezet of er kan gekozen worden voor een zogenaamde ongecementeerde of cementloze knieprothese waarbij de prothese klemvast wordt aangebracht en er vanuit wordt gegaan dat deze op het bot vastgroeit. In de regel wordt het gedeelte van het bovenbeen zonder cement vastgezet en het gedeelte van het scheenbeen met cement. Wanneer de knieschijf eveneens versleten is dan kan deze vervangen worden door een hard plastic gedeelte.

Na een kunstknieoperatie kan de patiënt de knie volledig strekken en in ieder geval tot 120° buigen. Het lichaamsgewicht kan pijnloos worden gedragen. Na een kunstknieoperatie voelt de knie nog gedurende een halfjaar warm aan. In Nederland worden ongeveer 18.000 kunstknieën per jaar geplaatst. Het succespercentage van deze operaties is groot. Na tien jaar is in 90% van de gevallen nog steeds sprake van een goed resultaat.

Omdat een nieuwe knie geen onbeperkte levensduur heeft wordt de operatie bij jonge patiënten zo lang mogelijk uitgesteld.

Tijdens en soms ook enige dagen na de operatie krijgt de patiënt antibiotica om de kans op infectie te verkleinen. Om trombose te voorkomen krijgt de patiënt antistollingsgeneesmiddelen toegediend gedurende zes tot twaalf weken na de operatie.

Net zoals bij auto’s zijn er veel soorten nieuwe knieën. Het is verstandig de behandelend orthopedisch chirurg te vragen welk type nieuwe knie hij gebruikt en of hij literatuur heeft betreffende de resultaten van deze nieuwe knie.

Vrouwenknie

Geopereerde patiënten worden vaak een tijd lang na de operatie gevolgd. Zo kan het resultaat gemeten worden en kunnen er eventueel aanpassingen aan het implantaat of aan de operatiewijze gemaakt worden. Eén van de ontdekkingen was, dat de traditionele implantaten bij vrouwen specifieke klachten opleverden. Het Amerikaanse bedrijf Zimmer heeft de Genderknee® ontworpen: een knie die gebaseerd is op de vrouwelijke anatomie. >> Lees verder over de vrouwenknie.

Klik hier voor een virtuele knie-operatie waar aan u gevraagd wordt mee te doen!